dinsdag 10 februari 2015

Volwassenen verleiden zich volwassener te gaan gedragen


'Once upon a time there was a land without ideals'.

Die zin kwam zomaar voorbij. Op een dinsdagavond in Tilburg. Tijdens een wereldpremière. Van een muziekstuk waar ik helemaal niet voor naar Tilburg was gegaan. Maar dat is de lol van leven. Onverwachte, nieuwe 'dingen'. Het muziekstuk eindigde met: 'without being sceptic'. In enkele zinnen maakt componist Nicoline Soeter duidelijk hoe je in déze tijd ook in het leven zou kunnen staan.

Hoofdstuk 1 een avond in Tilburg



Een tip
Een oud -collega maakte me eind januari attent op een spreekbeurt die Rob Wijnberg op dinsdag 3 februari 2015 in Tilburg zou verzorgen. Over een onderwerp waar hij al eerder over had geschreven (Hoe waarheid een product werd). Verschenen op Hemelvaartsdag (29 mei 2014). Een artikel dat ik bij verschillende collega's onder de aandacht had gebracht en waarover ik voor de website van de Noord Oost Brabantse Bibliotheken een (lang) artikel had geschreven: Maar wat beoogt ónze waarheid nog, behalve dan het eindeloos bevredigen van onze behoeften?

Dus toen ik die tip kreeg heb ik meteen een kaartje geregeld. Zonder feitelijk goed te kijken hoe het programma er uit zag. Om te beginnen was het in een zaal die ik niet kende: De nwe Vorst. Dichtbij het station. Een mooi historisch pand. Al gauw bleek die dinsdagavond dat Rob Wijnberg slechts één van de sprekers was. Er waren ook muzikanten en een columnist. Logisch want de avond werd door verschillende organisaties en instellingen georganiseerd. Zeg maar een mix van denkers en musici. En er was veel belangstelling. Oud én vooral veel jong. Hartverwarmend om te zien en mee te mogen maken.

Post-postmodernisme of metamodernisme
De avond werd geafficheerd als Metamodernisme. Twee jonge filosofen (Timotheus Vermeulen en Robin van den Akker) vertelden voor de pauze over metamodernisme.  Hadden veel te weinig tijd voor hun verhaal. Maar in dat halfuurtje kregen alle bezoekers toch een beeld van dat wazige begrip: metamodernisme. Of post-postmodernisme. En maakten aannemelijk dat we als samenleving in een tijd ná het postmodernisme terecht zijn gekomen. We laten een periode (van ruim een eeuw) achter ons, waarin we steeds minder konden, wilden of mochten geloven in grote verhalen, idealen. Té bang voor desillusies, idealisten die verworden tot dictators. Een tijd waarin even gedacht werd dat het einde van de geschiedenis was bereikt en dat er niets anders op zat dan eeuwig te blijven consumeren en genieten. Het kapitalistische systeem had overwonnen en was here to stay. Zo'n verhaal. Erg kort door de bocht geformuleerd.
Maar beide jongemannen constateren dat er een andere wind is gaan waaien. Nog lang niet overal. Integendeel. Het ontkiemt her en der. Overal zijn er signalen die er op wijzen, maar het is nog geen grote golf die alles en iedereen overspoelt. Kern van deze nieuwe tijd is dat mensen weer willen gaan voor een bepaalde waarheid, ideaal of nastrevenswaardig vergezicht.

Informed naivety
Maar - en dat is de kern van deze tijd! - zich steeds realiserend dat elke keuze voor een bepaald ideaal een keuze is. En dat je ook voor iets anders had kunnen kiezen. We kunnen en mogen volgens deze twee sprekers (en na de pauze ook volgens Rob Wijnberg) niet langer blijven hangen in de cynische, ironische, lankmoedige houding van het postmodernisme, waarin je niet koos. Bleef hangen in mokken, negeren, wegkijken. Een eeuw waarin het verdacht werd om je druk te maken over zaken in de samenleving die niet goed zijn. Sterker: je durfde niet eens uit te spreken wat 'goed' was. Dus hield je jezelf kalm en gaf - soms - af op mensen die dat ondanks die tijdgeestgolf toch deden; niet na konden laten. Zij waren naïef, onvolwassen, niet serieus te nemen. Nee, ik die aan de kant stond had het 'gelijk' aan mijn zijde.

Timotheus Vermeulen en Robin van den Akker trokken in hun verhaal veel parallellen met kunst. Zij zien (sommige) kunstenaars als mensen met voelhorens voor ontwikkelingen die nog niet echt (voor een groot publiek) zichtbaar zijn. Ze maken niet de tijdgeest, maar voelen hem aan en verwerken die onbewust in hun werk. Op zeker moment lieten ze heel kort een sheet zien met daarin drie tijdperken met hun eigen kenmerken (Modernisme, Postmodernisme en Metamodernisme). Ze gingen er door tijdgebrek niet verder op in. Het schema heeft - zonder dat ik het kan checken - overeenkomsten met het schema dat Rob Wijnberg in zijn Hemelvaart-artikel heeft opgenomen. Maar in dat schema komt niet het begrip voor waar mijn oog (toevallig?) op viel. Een woord dat de houding samenpakt van mensen die in onze metamoderne (of post-postmoderne) tijd naar die geest leven. Ze noemen het (in het Engels) sensibility. Het is: informed naivety. Geïnformeerd naïef zijn of zo door het leven lopen.

De jackpot?
Bingo! Erg goed getroffen. Als wereldburger ben je in staat je met (heel veel) informatie te omringen. Je kunt er uiteraard ook voor kiezen om dat niet te doen. Maar als je wilt begrijpen in wat voor wereld we leven, en welke uitdagingen er zijn dan zit er niets anders op om jezelf te dwingen (relatief) veel informatie op te doen. En - dat is zo goed getroffen - er redelijk naïef of laconiek een standpunt over in te nemen. Wetend dat zo'n standpunt niet hét standpunt is. Maar beter een standpunt, dan geen mening. En om vervolgens op basis van dat standpunt 'iets' te gaan doen. De beide heren - noch Rob Wijnberg - noemden het niet, maar ze hadden aan kunnen komen met het begrip 'positieve vrijheid'. Engageer je met de wereld. Accepteer niet dat er dingen fout zijn. Doe er iets aan of tegen. Maar - wederom - ben bescheiden en geloof niet dat jij 'het' bij het rechte eind hebt.

Without being sceptic
Aan het begin van de avond in De nwe Vorst had muzikant, docent en denker Aart Strootman al aangekondigd dat die avond een compositie van ene Nicoline Soeter (ook aanwezig) in wereldpremière zou gaan. Toe maar, een wereldpremière. Uitgevoerd door VONK. Hij gaf aan dat in zijn ogen dat stuk iets te maken had met het thema van de avond. Dat was op dat moment moeilijk voor te stellen. Maar à la. Laat maar komen. Na de pauze trad een klein ensemble jonge muzikanten aan. Met Aart Strootman op elektrische gitaar. Alle aandacht ging echter uit naar de zangeres, Rianne Wilbers. Die in dat kwartiertje regelmatig in het Engels zong én sprak. Het werk had als titel 'Once upon a time'. Een sprookje. Maar dan over een tijd die sinds kort achter ons ligt. "Once upon a time there was a land without ideals'. Zeg maar het postmodernisme. En dat we nu in een andere periode zitten. Waarin we - slotwoorden - moeten proberen minder sceptisch, ironisch, cynisch te zijn: 'without being sceptic'. Leve het post-postmodernisme!



Rob Wijnberg

Rob mocht de avond afsluiten. Hij vertelde in zijn half uur in grote lijnen zijn Hemelvaart-artikel na. Waarin hij stelt dat er door de eeuwen heen vier soorten periodes zijn geweest waarin Waarheid (met een grote W) een andere 'betekenis' had. Hij ging amper in op een recenter artikel (verschenen op Eerste Kerstdag 2014, waarin hij voortbouwt op zijn analyse over de waarheid (De post-postmoderne mens: op de hoogte van alles, verplicht tot niets). Opmerkelijk vond ik dat hij ergens aan het eind meerdere keren hamerde op het woorden 'proberen'. Overal ziet hij om zich heen dat mensen proberen dingen anders te doen. 'Proberen, proberen, proberen'. Maar dat is - helaas - niet genoeg. Er moet wél iets tot stand worden gebracht. Echte veranderingen gerealiseerd. Anders is het - mijn woorden - een leuke bezigheidstherapie, dat je eigen ego streelt ('zie mij toch eens lekker bezig zijn, met oefenen'). Rob bezint zich - gaf hij als voorbeeld - op mogelijkheden om 'zijn' vierenvijftigduizend Twitter-volgers te mobiliseren voor 'iets'. Hen niet louter de luxe gunnen om zijn tweets te consumeren, maar hen aan te zetten tot actie. Maar, hoe doet je dat? Voor welk doel? Iemand via Twitter volgen is té gemakkelijk, en - hij zei het niet zo - te veel iets uit die postmoderne 'oude' tijd.


Hoofdstuk 2. Een veelvoud aan signalen

Van proberen / oefenen naar verleiden

Dat 'proberen' is natuurlijk (!) hetzelfde als het Oefenen in een andere tijd, het jaarthema van de Noord Oost Brabantse Bibliotheken. En via dat woord (proberen) kan ik nu doorschakelen naar 'dingen' die mij de laatste maanden opvielen en me brachten tot de zin 'Volwassenen verleiden zich volwassener te gaan gedragen'. Het Oefenen in een andere tijd als het ware voorbij. Een evolutie. Op weg naar een ander jaarthema.

Twee maanden eerder
Begin december (2014) leidden enkele artikelen uit de grote informatiezee tot de zin 'volwassenen verleiden zich volwassener te gaan gedragen'. Achteraf kan ik alleen maar constateren: vanuit een geïnformeerd naïeve houding (sensibiliteit). Ik was er niet naar op zoek, maar toch diende deze zin zich aan. Als een natuurlijk vervolg op dat 'oefenen' of 'proberen'. Over alle signalen heb ik kortere en langere stukjes geschreven. Ik stip ze hier kort aan. En verderop probeer ik die nieuwe zin (frame) te koppelen aan die mooie avond in Tilburg en wat vooral de woorden 'verleiden' en 'volwassen' in die zin - volgens mij - betekenen.


Susan Neiman 
In Filosofie Magazine werd de Amerikaanse filosoof Susan Neiman geïnterviewd over haar nieuwe boek Waarom zou je volwassen worden?
Citaat: Ze hekelt het relativisme dat ze om haar heen ontwaart: de neiging om alle grote woorden tussen aanhalingstekens te zetten, als een lippendienst aan de cultuur die door en door ironisch is geworden. () Critici maken een karikatuur van de Verlichting, betoogt ze. Die zou rede en technologie blind vereren. In Morele helderheid maakt Neiman korte metten met dat cliché. En ze laat zien dat de waarden die Verlichtingsdenkers koesterden - geluk, eerbied, hoop, redelijkheid - onverminderd relevant zijn.

Artikel: Trenddag 2014 ... een middenweg tussen blind utopisme en cynisch realisme

Rutger Bregman
In september 2014 verscheen het derde boek van deze jonge historicus, publicist (Gratis geld voor iedereen : en nog vijf grote ideeën die de wereld kunnen veranderen). Een lang pleidooi om tegen de tijdgeest in weer te dromen van een 'andere' wereld. Iets verder weg. Idealen tegenover realistische 'boekhouders', die op veel plaatsen nog de dienst uitmaken.
Artikel: Rutger Bregman, een opgewekte aanzegger (september 2014)


De Good Country Party
Opgericht door ene Simon Anholt. Een artikel in NRC Next maakte me op deze man attent.
Citaat: Ik geloof niet dat mensen de capaciteit hebben om engelen te zijn. Maar ik ben ervan overtuigd dat ze minder egoïstisch kunnen zijn.

Artikel: Nieuwe partij -Ik geloof niet dat mensen de capaciteit hebben om engelen te zijn. Maar ik ben ervan overtuigd dat ze minder egoïstisch kunnen zijn.

Hulpbisschop Rob Mutsaers
Had nooit kunnen denken dat deze redelijk orthodoxe jongeman-hulpbisschop zo verrassend uit de hoek kon komen. Hij ergert zich aan gelovigen die té consumentistisch in het (katholieke) leven staan.
Citaat: Vraag: U schrijft ook in uw boek dat Jezus lauwe gelovigen maar niks vindt. 'Jezus zegt dat we ons moeten inspannen tot het uiterste. Een beetje goedbedoeld aanmodderen is niet genoeg. Dat leunstoelgeloof is makkelijk: met een wijntje op de bank zeggen hoe het allemaal in elkaar steekt. Om vervolgens geen vinger uit te steken. Jezus vraagt geen applaus, geen bemoediging, maar navolgers. Dat moeten wij zijn.'

Artikel: Rob Musaers - Een beetje goedbedoeld aanmodderen is niet genoeg.

Het boek der waarden
In deze andere tijd gaat het waarschijnlijk uiteindelijk om als mens te formuleren wat belangrijk is. Belangrijker. Er meer toe doet. Er zullen keuzes gemaakt moeten worden. Het draait om waarde, waarden. Echte waarde(n). Niet toevallig verschijnt dus 'Het boek der waarden'
Citaat: 1. Veerkracht - 'We groeien en ontwikkelen niet in goede tijden, we groeien en ontwikkelen in moeilijke tijden'

Artikel: Het boek der waarden - We groeien en ontwikkelen niet in goede tijden, we groeien en ontwikkelen in moeilijke tijden


Wintergras
De Belgische singer-songwriter Lieven Tavernier (67 jaar oud) is in Nederland geen bekende naam. Wel in België (alhoewel het daar ook niet overloopt). Werd geïnterviewd in Humo. De aanleiding was zijn nieuwe cd Wintergras (zijn beste!).
Citaat: Als je op díe leeftijd - het zijn twintigers - niet boos bent, dan doe je het volgens mij niet goed. Nu, ik vind het jammer dat mensen van mijn generatie nog zo zelden boos zijn.'
() Mijn liederen gaan vaak over de aanvaarding van ons geboortecontract, waarin gestipuleerd staat: "Wij kunnen u niet beloven dat het alle dagen feest zal zijn." Dat contract druist tegen de hedendaagse geluksindustrie in, en maar goed ook.'
Artikel: Lieven Tavernier - Wij kunnen u niet beloven dat het alle dagen feest zal zijn

Een hiërarhie
Soms ontdek je per ongeluk iets. Een schema om te kunnen bepalen op welk niveau je met een tegenstander aan het 'steggelen' bent. Graham's zogenaamde hierarchy of academic disagreement. Met dit schema in de hand kun je veel zogenaamde discussies af doen als te flauw voor woorden. Zie je redelijk volwassen mensen kinderlijk (negatief bedoeld!) bezig.  Artikel

Jort Kelder
Werd zomaar in De Volkskrant geïnterviewd; zo tegen Kerst en deed een uitspraak die je van hem niet zou verwachten. Of ligt dat aan mij?
Citaat: Mijmer ik nu te veel over mezelf? Is dit geen vrijblijvende quatsch? De bladenmarkt is vergeven van de ditjes- en datjesrubrieken, het is één groot gekeutel en nu doe ik er misschien ook aan mee, met lichte tegenzin. Wat me bij veel leeftijdgenoten opvalt is hun gebrek aan engagement. Het gaat heel zelden over wezenlijke dingen, eerder klinkt het: 'Hoe voel jij je, want aan die grote wereld waarin we leven kunnen we toch niets veranderen'.  Als je De Telegraaf leest, krijg je geen enkel beeld van wat er in de wereld aan de hand is. Televisie is een rondpompend circus van individuele pechgevallen geworden, met kleine incidenten die niets zeggen over het grote geheel. Het is zoals de schrijver Cees Nooteboom laatst in een interview zei: dat Nederland in zijn eigen onbenulligheden wentelt.
Artikel: Jort Kelder - Wat me bij veel leeftijdgenoten opvalt is hun gebrek aan engagement

Nelleke Noordervliet
Deed in december in Trouw in haar column de volgende uitspraak:
Citaat: Kant zei al dat er een groot verschil bestaat tussen de wereld zoals ze is, en zoals ze zou moeten zijn. Volwassenheid houdt in die discrepantie te dragen en te trachten haar te verkleinen. Tja. Een hopeloze taak uiteraard. Vaak ben ik dus een opstandige puber.  Artikel  
Louise Korthals
Deze jonge cabaretière en zangeres werd in december in de NRC geïnterviewd. Ze deed opmerkelijke uitspraken over zichzelf en haar generatie.
Citaat: Korthals schetst in 'Zonder voorbehoud' een generatie die op zoek is naar zichzelf, terwijl elders de wereld in brand staat. Dat is het contrast waarin ze leeft, legt ze uit. "Ik zit hier in het paradijs. Ik vul mijn dagen met badkamertegels en huwelijken. Ja, ik heb net een verbouwing achter de rug, en reken maar dat ik drie nachten wakker lig over welke tegel ik moet kiezen. Tegelijk zijn er op de wereld nu evenveel vluchtelingen die een schuilplaats zoeken als tijdens de Tweede Wereldoorlog."   Artikel  
De foto van het jaar 2014?
Genomen in de Spaanse enclave Melilla, waar duizenden Afrikaanse jongens en meisjes proberen Luilekkerland Europa binnen te komen. Een schitterende illustratie van de kloof tussen beide werelden. En de naïviteit van 'ons' dat we 'ze' tegen kunnen houden.

Artikel: Een hek in Mellilla - Foto van het jaar?




Downton abbey - waarom zo succesvol?
Terwijl december voortschreed zond de NCRV op tv de vijfde reeks van deze Engelse serie uit. Een zeer succesvolle serie. In binnen- en buitenland. Volgens mij ligt het aan de manier waarop de personages vast proberen te houden aan hun waarden. Alhoewel sommige ervan in 2015 'raar' overkomen. Maar kijk je daar doorheen dan gaan juist die waarden (uit het begin van de 20e eeuw) juist over vandaag de dag.
Artikel: Succesvolle serie : Downton abbey


Wim de Ridder

Tussen de bedrijven lees ik nog wel eens een boek. Soms aangezet door een artikel in krant of tijdschrift. Zo ook hier. Toen het maandblad Zin tien jaar bestond en in haar decembernummer tien jaar terug- én vooruit keek. En in dat verband hoogleraar toekomstonderzoek Wim de Ridder aan het woord liet. In zijn laatste boek (De ontdekking van de toekomst : wat we al weten, is niet te geloven) komt hij met een prachtig beeld van onze tijd. We zitten volgens hem in de vijfde (!) technologische golf. Die zo rond 2025 volgens hem over zal gaan in een zesde golf. Nu zitten we volgens hem in de laatste restjes van die vijfde golf. Die golf begon zo rond 1970 en duurt nog een jaar of tien. Hij onderscheidt vier fases: een baby, peuter, adolescenten en volwassen fase. Opmerkelijk dat hij die fases koppelt aan bekende begrippen: baby <aan de->  verzorgingsstaat, peuter <aan de-> neoliberale samenleving, adolescenten <aan de->  netwerk samenleving en volwassenen <aan de-> participatiemaatschappij (maar anders dan onze regering denkt of wil).
Artikel: Wim de Ridder : creëer een cultuur van verandering en aanpassing

De stervende Denker des vaderlands
Uit het boekje 'Sterven is doodeenvoudig. Iedereen kan het'
Laat me eerst één belangrijk idee van Sloterdijk zeggen. Het klinkt een beetje mal als je zegt dat je er getroost door wordt als je naar een klein bolletje kijkt dat daar zweeft en zegt 'daar komt niemand levend vanaf', want waarom is dat troostend? Omdat, zo legt hij uit, er een Gesetz der gegenseitigen Behinderung begint op te treden. Dat klinkt het mooist in het Duits: de wet dat we elkaar onderling in de weg zitten. Het interessante is nu dat dit het kwaad in de wereld weleens zou kunnen verminderen. Toen wij nog het idee hadden dat de wereld eindeloos groot was, veroverden we hele continenten en schoven we de bevolkingen die daar waren met vijfendertig miljoen aan de kant. We konden alleen maar zo tekeergaan, omdat we het idee hadden dat de wereld eindeloos groot was. Als je hier mislukte, dan trok je gewoon een nieuwe werelddeel in en ging je het daar beter regelen. Maar nu hebben we door dat we het het met zijn allen op de hele wereld moeten regelen. Alle grondgebieden zijn bekend en iedereen is bekend. De speelruimte is verdwenen: je kunt niet meer daarheen als je het hier verziekt. Dat kan niet meer. Het is voor het echie geworden. We zitten op een aardklootje, en we zitten allemaal ook op onze plek op dat aardklootje. We zitten elkaar een beetje in de weg en omdat we elkaar in de weg zitten, hebben we niet de vrijheid om te doen wat we willen. We moeten rekening houden met elkaar en dat maakt dat de moraal niet alleen een hooggestemdheid krijgt, maar ook een bepaalde natuurnoodzakelijkheid. We moeten het met elkaar uithouden. Dat vind ik troostrijk.
Artikel: René Gude - We moeten het met elkaar uithouden. Dat vind ik troostrijk.

(and it's always your turn)
In december verscheen het nieuwste boek van de Amerikaanse marketeer, denker en publicist Seth Godin. Eén lang pleidooi om NU op te staan. Iets te gaan doen. Niet omdat je daartoe van een ander de opdracht krijgt, maar meer omdat jij het zelf nodig vindt.
Citaat (uit de paragraaf Growing up): Embracing the fear of freedom, deciding to determine your own path, this is the work of a grownup, of someone who can identify what truly matters. Being a grownup has nothing to do with how old you are - it's a choice, one that some people never get around to making. The productive grownup stops for help and contributes instead. There's a huge difference between childlike and childish. When we embrace joy and look at the world with fresh eyes, we're being childlike. When we demand instant gratifications and a guarantee that everything will be okay, we're only being childish.
Artikel: Volwassen zijn has nothing to do with how old you are - it's a choice

Een ingezonden brief
Op 8 december stond onderstaande ingezonden brief van Frans Leliveld (uit Amsterdam) in De Volkskrant. Een perfecte illustratie van 'volwassen' gedrag.
In het interview met de Britse schrijver en filosoof Julian Baggini ergeren twee opmerkingen mij zeer. Hij zegt: 'Ieder van ons draagt verantwoordelijkheid. Je moet niet denken dat als jij een pak fairtradekoffie koopt, een boer in Kenia zijn kinderen naar school kan sturen. Maar als we dat samen met veel anderen doen, dan sorteert het wel effect. Je kunt je niet aan die verantwoordelijkheid onttrekken. Goed leven is ook een erkenning van de waarde van het leven van anderen. Niemand vraagt dat je perfect bent, het punt is dat je het probeert.'
Hoezo kan ik mij niet aan de verantwoordelijkheid onttrekken om fairtradekoffie te kopen? Sinds wanneer zijn de kinderen van een Keniase koffieboer mijn verantwoordelijkheid? En hoezo moet ik proberen perfect te zijn? Daar heb ik helemaal geen zin in. Veel te vermoeiend.
Zonder me verantwoordelijk te voelen voor de fairtradekoffieboer en zonder een streven naar perfectie heb ik een goed leven mét ook een erkenning van de waarde van het leven van anderen. Maar dan wel op mijn manier, meneer Baggini, niet op de uwe.

Misschien. Wel. Niet
Op 6 september werd schrijfster, dichter en filosoof Jannah Loontjes in de rubriek Sprekend in de NRC aan het woord gelaten. De aanleiding was de publicatie van haar boek Misschien wel niet.
'De woorden uit de titel van mijn boek staan op de cover onder elkaar, ze drukken zo nog beter de twijfel uit waar mijn hoofdpersonage zich door laat leiden. Mascha laat alles maar gebeuren, ze vindt het moeilijk om in te grijpen of te oordelen. Ze maakt zichzelf wijs dat het allemaal niet echt is wat ze doet. Zelfs de internetaffaire die ze heeft met een Marokkaanse jongen ontkent ze min of meer. Ze heeft de jongen nooit in levende lijve ontmoet en ze vindt dat haar online affaire daardoor ook niet 'echt' is. Ondertussen gaat ze wel steeds een stap verder, ze begint zich zelfs uit te kleden voor de webcam. Ik heb in deze roman een generatie willen spiegelen  - mijn eigen generatie - van dertigers en veertigers  die zich als studenten blijven gedragen, ook al hebben ze kinderen en een partner en een baan. Eeuwige pubers noemt Juli Zeh, de Duitse schrijver, ze. Ze gaan spelenderwijs door het leven en twijfelen aan alles, want die baan die ze hebben, is dat wel de beste baan? Hebben ze de beste partner? En hoe leuk is het eigenlijk om vader of moeder te zijn?'


'Op je 17de heb je vaak allerlei principes, maar dat gaat gelukkig over'
Deze zin uit een column van Sylvia Witteman kwam op dinsdag 3 februari 2015 als quote op de voorpagina van 'haar' Volkskrant terecht. Een mooie zin uit een lollige column. Over haar 17-jarige dochter. Een zin waar veel volwassenen mee in zullen stemmen. Inderdaad, toen ik (nog) jong was had ik idealen. Maakte ik me druk over uiteenlopende zaken. Maar nu ik sadder and wiser ben is dat (gelukkig) voorbij. Zin én column zijn één perfecte, lange illustratie van de boodschap van het nieuwste boek van Susan Neiman (Waarom zou je volwassen worden?). Logisch, zal iedereen die Sylvia Witteman door de jaren heen heeft leren kennen, uitroepen. Zij is het perfecte voorbeeld van een volwassene die zich zonder al te veel scrupules door het leven beweegt. Zo lang ik maar kan blijven consumeren en ik geen last van anderen heb is het prima.


Childlike and childwise
In het laatste boek van Seth Godin staat onderstaande tekst; als een soort antwoord op Sylvia Witteman, ingezonden briefschrijver Leliveld en talloos veel volwassenen die ook zo 'blij' zijn dat ze geen idealen meer hebben. Zich niet (meer) druk hoeven te maken over misstanden. Volwassenen die zich - om terug te komen op de avond in Tilburg over het post-postmodernisme - (nog steeds) ironisch, cynisch door het leven kunnen bewegen. Overtuigd zijn dat ze hun succes zelf hebben verdiend. En oprecht menen dat die houding de juiste is voor de eenentwintigste eeuw.
There's a huge difference between being childlike and being childish. When we embrace joy and look at the world with fresh eyes, we're being childlike. When we demand instant gratification and a guarantee that everything will be okay, we're only being childish (Seth Godin, op pagina 41 - Growing up - What to do when it's your turn (and it always is your turn))
Hoofdstuk 3 - Een ander frame
Sinds enkele jaren wordt het woord 'frame' veel gebruikt. Begrijpen ook steeds meer mensen wat er ongeveer mee wordt bedoeld. En zijn er ook veel mensen bezig 'hun' frame naar voren te laten dringen. De zin 'volwassenen verleiden zich volwassener te gaan gedragen' is een frame. En evident is het ook een manier om een ander denkkader in de samenleving te laten landen. Een zin die mensen aan het denken zet; om op een andere manier naar de werkelijkheid te gaan kijken. Burgers zich laten realiseren dat ieder van ons op zijn of haar manier in zijn of haar omgeving op zeker moment kan besluiten om iets wel of (niet meer) te doen.

Het bestaande frame
Rutger Bregman merkte onlangs op dat toen de crises (meervoud) zich in 2007-2008 aandienden er feitelijk geen alternatief denkkader klaarlag. Intellectuelen van verschillend pluimage hadden dat nagelaten. Onvoldoende nagedacht over een wereld waarin ons huidig (economisch) model zichzelf zou vastdraaien. Los van de vraag of die visie hout snijdt is het wel waar dat we opgescheept zitten met een frame dat zeer hardnekkig is. Het zou te ver voeren om dat hier omstandig uit te (gaan) leggen, maar het heeft iets te maken met een oud verkiezingsleuze. Van de jonge Ed Nypels, die daarmee in 1982 zeer succesvol was. 'Gewoon jezelf kunnen zijn'. Een perfecte leus in die tijd. Kort nadat in Engeland en de Verenigde Staten Margaret Thatcher en Ronald Reagan met eenzelfde boodschap ook succesvol waren. Het begin van - wat nu voor het gemak weggezet wordt als - de neoliberale golf. Een golf die in onze tijd tegen haar houdbaarheidsdatum aanloopt. De slinger slaat - om de hierboven genoemde oud-collega te citeren - de komende jaren een andere kant uit. Weg van té veel de nadruk leggen op 'het' individu, geloven dat succes altijd aan jezelf ligt, geloven dat de rol van de overheid zo klein mogelijk gemaakt moet worden. Een periode die gedomineerd wordt door managers, de meten=weten-mentaliteit, nadruk op rendement, efficiëncy, effectiviteit.
(Lees bijvoorbeeld De verovering van de vrijheid : van luie mensen, de dingen die voorbijgaan van Alicja Gescinska)

Volwassenen verleiden
In de frame die zich aandient zitten twee cruciale woorden: verleiden en volwassen.
De verschrikkingen van de 20e eeuw heeft velen kopschuw gemaakt voor nieuwe (andere?) idealen, vergezichten. Velen weten dat die in de 20e eeuw (en feitelijk ook daarvoor al) tot de grootste rampen hebben geleid. De 'natuurlijke' reactie was om de laatste decennia daarvan weg te blijven. Dat leidde - zie het begin van dit artikel  tot onze 'natuurlijke' postmoderne manier om ironisch, cynisch, afstandelijk door het leven te gaan. Je alleen én vooral druk te maken om je eigen welbevinden. En de mensen dicht om je heen. Te bang om je te engageren met anderen, laat staan grote idealen te formuleren. Ze zagen je aankomen. 'Bespottelijk!" Dus maakten velen zich vooral druk om 'hun' negatieve vrijheid, en lachten iedereen weg die 'iets' had met de positieve variant.


De 'oplossing' voor dit dilemma zit hem - vermoed ik - in het woord verleiden. We moeten onder geen beding terecht komen in een samenleving waarin 'goede dingen' afgedwongen moeten worden. Zo'n samenleving corrumpeert en is niet houdbaar. Altijd en overal zullen mensen bezig zijn onder die wetten uit te komen. Helaas resteert er niets anders; verleid volwassenen zich ietsje volwassener te gaan gedragen.

Maar wat is volwassen gedrag
Verleiden is één. Voer een maatschappelijk debat of dat mag: verleiden. Wie het mag doen? Hoe we het gaan doen? Denk na over nudge. Veel moeilijker is om te definiëren wat volwassen gedrag is. En - nog belangrijker - wie gaat dat bepalen? Waarschijnlijk ligt het antwoord voor de hand. Formuleer niet wat volwassen gedrag is. Maar draai de vraag om en verleid burgers om bij eigen gedrag vragen te stellen. 'Ik doe nu wel dit of dat' (soms al jarenlang), 'maar is dat gedrag wel houdbaar?' Bezien in het licht van alle problemen waar we als mens(heid) tegenaan lopen. Dan komen verleiden en volwassen samen.
Verleid burgers vaker in de spiegel te kijken, vraagtekens te zetten bij bepaalde gedragingen, besluiten. In de hoop dat volwassen mannen of vrouwen af en toe moeten toegeven dat źe' toch wel erg 'childish' bezig ben.

Grondwaarden
Toevallig kreeg journalist Leon Verdonschot in de rubriek Sprekend in het NRC (van zaterdag 8 februari) de ruimte om aandacht te vragen voor zijn nieuwe boek, een roman (Alles van elkaar). Het artikel sluit als volgt af:
"De ironische levenshouding is mij volkomen vreemd. Ik neem mezelf niet te serieus, maar de dingen die ik doe en de waarden die ik aanhang en de mensen met wie ik omga, die neem ik heel serieus. Ik heb een wantrouwen tegen mensen die schouderophalend en alles weglachend door het leven stappen. Ik heb een korte relatie gehad met iemand die heel flexibel was. Zij schikte zich naar haar omgeving, in ieder egzelschap was ze iemand anders. Ik voelde me heel onveilig bij haar. Ik kan dat niet. Ik rook niet, drink niet en ben al vanaf mijn zestiende vegetariër. En als ik bij iemand eet en diegene heeft vis gemaakt dan is dat heel vervelend, maar ik eet het niet. Dan maar sla. Ik voel me nog lulliger en schuldiger wanneer ik het gevoel heb dat ik mezelf verloochen. Mijn grondwaarden zijn ononderhandelbaar."
Stephen Foster Wallace
Tot slot - Er is niks met ironie
Op dinsdag 10 februari 2015 kwam masterstudent Francisca Wals (geboren in de jaren tachtig) in NRC Next met een andere kijk op bovengeschetste ontwikkelingen. Zij 'verzet' zich tegen de tijdgeest en groepsdruk om je minder ironisch door het leven te bewegen. Ze komt ook met een ander woord voor post-postmodernisme of metamodernisme.
Het streven om oprecht te zijn - in Angelsaksische landen noemen ze het New Sincerity. Dat tijdperk begon zo'n beetje met David Foster Walacae, een Amerikaans schrijver die in 1993 met zijn pamflet E Unibus Pluram de van ironie en satire verzadigde Amerikaanse televisiecultuur bekritiseerde. Vroeger, schreef hij, tóén was ironie oké. Met de opkomst van de televisiecultuur in de jaren zestig was ze een rebels en vooruitstrevend middel om hypocrisie te doorbreken. Maar nu elke ongemakkelijke waarheid allang is ontmaskerd, is ze vervallen tot niet meer dan een lege huls, constateerde Wallace. Met als gevolg een collectieve gemoedstoestand van zelfbespottend materialisme en een grote angst voor kwetsbaarheid. Helaas voor Wallace was hij zijn tijd vooruit; pas twee decennia later werd zijn essay gretig uit de luwte van ons collectieve geheugen gerukt.
Vervolgens verwijst ze naar andere artikelen, heeft het over 'de nieuwe oprechtheid' en de 'post-ironie'. Zeer opmerkelijk is dat ze verwijst naar een artikel uit 2013. Gepubliceerd in De Groene Amsterdammer en geschreven door .... Timotheus Vermeulen en Robin van den Akker. Dit artikel van Francisca wals maakt duidelijk dat er een debat gaande is. Dat nu - zoals ze terecht stelt 'raakten ook de Nederlandse media in de ban van de nieuwe oprechtheid en de post-ironie. Het artikel waarna zij verwijst heet: Een verlangen naar oprechtheid (4 september 2013). Zij sluit haar artikel als volgt af:
Nietzsche was nogal getikt, en natuurlijk is een mensenleven zonder de nodige oprechtheid en commitment verre van volmaakt - ironie moet niet té dominant worden. Maar laten we onszelf ook niet voor de gek houden met een te kwader trouw gekozen mentaliteit. Voor je het weet slaat krampachtig opgevoerde oprechtheid om in narcisme en/of dogmatisme. Want ja, ook het vliegtuig naar Syrië pakken is een vorm van engagement.
Met zo'n typisch ironische levenshouding is het maar de vraag of Francisca verleidt kan worden zich ietsje volwassener te gaan gedragen.

(zondag 8 - dinsdag 10 februari 2015)
Hans van Duijnhoven

woensdag 21 januari 2015

Als het jouw beurt is

Stiekem had ik verwacht dat Jan Rotmans me vannacht rond half een, op weg naar onze auto's, ná een enerverende avond in De Lievekamp in Oss, me hetzelfde had toegevoegd als circa elf maanden eerder. In Uden. Waar hij op dinsdag 25 februari in een overvolle zaal van theater Markant bezoekers had bijgepraat over zijn kijk op onze kantelende samenleving. "Ben benieuwd naar je verslag!".

Een eerder verslag
Maar niet dit keer. Geen moedwil; zeker weten. Hij dacht er op dat tijdstip niet aan. Wist ongetwijfeld dat ik op de een of andere manier iets met deze avond zou (gaan) doen. Tijdens een telefonisch voorgesprek - een week eerder - hadden we het al gehad over dat verslag van zijn optreden in Uden. Daar was hij niet helemaal van gecharmeerd. Terecht, want ik had een iets té scherp aangezette titel gekozen en hem - met de beste bedoelingen, uiteraard - op een bepaalde manier neergezet. Negatief neergezet. Althans zo kun je het beschouwen. Een zadenkoopman in Uden. Dat 'koopman' was niet terecht. Wel van die zaden. Ik zag en zie Jan Rotmans als een van de weinigen in Nederland die in staat zijn mensen aan het twijfelen te brengen. 'Hij zaait het zaad van de twijfel". Maar heeft er zelf geen belangen bij. Ik had beter voor zaaier kunnen kiezen, maar politiek correct ben ik niet. De titel heb ik niet aangepast.


Scheuren in ons systeem
Jan Rotmans wil als wetenschapper én iemand die een standpunt inneemt burgers in Nederland na laten denken over de vraag of onze samenleving op veel punten niet moet gaan veranderen. Beter: al aan het veranderen is. Overal ziet hij krasjes, scheurtjes. Krassen, scheuren. Die duiden op het ineenstorten, wegvallen, omvallen van veel 'dingen' die nu nog zo stabiel lijken. Tegelijk ziet hij ook al jaren overal signalen van een andere tijd, economie, samenleving. We leven zoals hij het  gisteren in Oss zei in chaotische tijden. Afbraak én opkomst. Alom disruptieve tendensen; ietwat modieus en deftig geformuleerd.

Veel aanloop
In Uden zaten in februari vorig jaar ruim vijfhonderd man in theater Markant. De toegang was toen gratis; maar dan nog. In De Lievekamp zaten gisteren rond de vijfhonderd man; die zeven euro voor een kaartje over hadden. Ongewild bevestigde deze avond in Oss de teneur van de eerste Tegenlicht-uitzending in dit nieuwe jaar. Overal in het Westen lopen mensen uit om sprekers te zien, aan te horen, te ontmoeten die ergens voor staan. En waarom doen ze dat? Waarschijnlijk omdat ze snakken naar mensen die hun nek uit steken. Overduidelijk niet zomaar wat zeggen en meer doen dan twijfel zaaien. Nog eens komen vertellen hoe verschrikkelijk dit of dat fout is. Het anders moet. Nee, de belangrijkste reden voor de aantrekkingskracht van een Thomas Piketty en Naomi Klein is dat zij beiden, elk op hun eigen manier iets van een vergezicht schetsen. Ze zetten een stip op de horizon. Wekken de suggestie dat ze ongeveer weten wat er moet gebeuren om onze op talloos veel terreinen vastgelopen samenleving weer vlot te krijgen. Hoop, vertrouwen. Zij komen - anders dan veel teleurgestelde burgers - niet aan met zondebokken die overduidelijk níet verantwoordelijk zijn voor de misère waarin we verzeild zijn geraakt. Nee, zij noemen mensen, maar vaker groepen deskundigen die in hun visie overduidelijk wél (deels) verantwoordelijk zijn voor een deel van de malheur. Piketty en Klein hebben het niet over 'de Grieken', vluchtelingen in wrakke bootjes op de Middellandse Zee, de roma's of de moslims. Nee, ze verwijzen meer naar mensen in power, op plekken waar (verkeerde) beslissingen genomen worden. Of juist niet.


Een beeld is aan het kantelen
Veel mensen beginnen door te krijgen dat er iets niet klopt aan 'het verhaal' dat door veel vooraanstaande mensen wordt verteld. Een groeiende groep burgers ziet in die chaotische wereld her en der intellectuelen opstaan die een ander verhaal hebben. Anders naar de werkelijkheid kijken. Zich niet laten afpoeieren met dooddoeners, retorische trucs. Mensen die over kennis beschikken en met argumenten bestaande 'verhalen' onderuit halen. Althans - daar is t'ie weer! - twijfel zaaien. Mensen in onze verwarrende (crises)tijden op andere mogelijkheden wijzen. Ze moed inspreken. Volg je gevoelens maar. Doe iets, als je vindt dat er op dit of dat terrein (in je eigen omgeving) 'iets' niet klopt. Jan Rotmans weet dat overal geoefend wordt voor een andere tijd. IN een andere tijd.


De Nederlandse tegenhanger
Jan Rotmans kan aan dit duo worden toegevoegd. Hij begon vorig jaar in Uden aan een soort never ending tour door Nederlandse zalen en zaaltjes. Spreekt meerdere keren per week voor uiteenlopende gezelschappen. Grote en kleine groepen mensen. Vaak besloten, want bijeenkomsten voor en met burgemeesters, zorgofficials, accountants, verzekeraars of verplegers. Maar - gelukkig - ook regelmatig voor een zaal met 'normale', vrije, loslopende burgers. Zoals gisteren in De Lievekamp in Oss. Alhoewel, dat moet gezegd, er verdacht veel mensen zaten die 'iets' te maken hebben met 'de gemeente' (ambtenaren, raadsleden, wethouders, ja zelfs burgemeester Wobine Buijs).


Een technische achtergrond, maar
Deze avond werd - nog meer dan in Uden - duidelijk dat Jan met zijn technische achtergrond (wiskunde, TU Delft) niet zoals andere hoogopgeleide techneuten gelooft dat onze problemen de komende jaren, decennia allemaal opgelost zullen worden door dé wetenschap en daarvan afgeleide technologie. Jan weet dat het tempo van ontdekkingen en nieuwe (doorbraak)technologieën alleen maar zal toenemen. Jan weet tegelijkertijd ook dat dit heel veel mensen pijn zal doen.


Twee miljoen mensen
In De Lievekamp vielen twee zinnen op waaruit dat blijkt. Eerst zei hij op zeker moment (toen hij in zijn betoog zat over de chaotische en disruptieve tijden waarin we leven) dat er in Nederland op dit moment ongeveer twee miljoen mensen zijn waarmee iets aan de hand is. Zij kunnen domweg niet mee. Niemand zal ze (mijn woorden!) missen als ze er niet meer zijn. Ze kunnen (mijn woorden!) niet mee in onze complexe samenleving. Maar ze zijn er wel. Hij noemde alleen het getal en ging er niet dieper op in. Even later constateerde hij in een bijzin dat we in de komende jaren als samenleving solidariteit opnieuw zullen moeten gaan regelen. Ons uitgeklede gebouw weer moeten gaan optuigen. Hij ging daar vervolgens amper op door. Stipte wel heel even experimenten met het basisinkomen aan. Had het over onze ik-georiënteerde houding, het overheersende neoliberale model.
We zitten in verwarrende, spannende tijden. Twee generaties, daar had hij het over. Waarin we een nieuwe samenleving tot stand zullen brengen. Maar het is méér dan het implementeren van uiteenlopende technologieën. Nadrukkelijk zullen we als samenleving ook een gesprek moeten voeren om te praten over de mens. En hoe om te gaan met de achterblijvers. Kortom: debat, discussie. Als bieb zullen we ons teentje bijdragen.


Een hart onder de riem
In de zaal zaten - zoals waarschijnlijk in alle zalen die Jan aandoet - burgers die begrijpen dat onze samenleving in een overgangsmodus zit. Sommigen zijn ongetwijfeld op hun manier in hun omgeving al bezig met die andere samenleving. Maken zich druk over dit of dat, en zijn samen met anderen bezig in hun bedrijf, instelling, organisatie, buurt, dorp of regio zaken te laten kantelen. Mensen die begrijpen dat het anders moet én kan. Alleen hopen zij dat hun visie door meer mensen gedeeld gaat worden. Vooral door mensen op belangrijke posities. Beleidsmakers- en uitvoerders die niet langer, zoals nu, in de weg lopen. Niet begrijpen waarom er nog steeds zoveel bureaucratie, controledrift en zelfs wantrouwen richting hun 'gedoe' heerst. Ondernemende burgers die snakken naar bestuurders en directies van bedrijven, instellingen en organisaties die zich aan hun zijde scharen. Helpen om noodzakelijke transities goed en sneller tot stand te brengen.
Deze burgers zijn door het verhaal van Jan meer dan gesteund. Hebben het gevoel meegekregen dat ze waarschijnlijk aan de goede kant van de geschiedenis staan. "Wij liepen voorop in die transitie!"


Jouw beurt
Kort voordat Jan het podium betrad had ik het met hem nog over iets anders. Iets waar we het in Uden ook al kort over hadden gehad. Boeken. Lezen om de (complexe) wereld beter te leren kennen. In Uden merkte hij op dat té veel lezen de wereld niet verandert. Oriënteer je op de wereld (neem zo veel mogelijk relevante informatie op, door o.a. te lezen), maar DOE er iets mee. Ietwat chargerend maakte Jan een opmerking die mijn moeder vroeger ook al maakte: "Je verleest je verstand". Daar zit inderdaad wat in. Maar toch kon ik tijdens het aanmeten van zijn headset niet nalaten om backstage te informeren of Jan een bepaalde schrijver kende. Dus niet. Hij kende Seth Godin niet. Geen schande. Er zijn zo veel interessante schrijvers en boeken die ik ook niet ken. Toevallig was in december een nieuw boek van deze Amerikaanse marketing-'goeroe' verschenen. Met een prachtige titel én ondertitel. En veel quotes die zo in zijn verhaal ingebouwd zouden kunnen worden. En in het verhaal van iedereen die op zeker moment de stap heeft gezet om 'iets' te gaan veranderen. Mensen die niet langer mopperend aan de zijlijn blijven staan. Vol negativisme en 'dat het niet deugt!' Seth Godin begrijpt als geen ander dat we in de eenentwintigste eeuw leven en dat die fundamenteel anders is en zal  afwijken van de vorige. In de presentatie van Jan zitten altijd (of hij nu in Oss, Bussum of Oosterhout spreekt) enkele sheets om de verschillen tussen toen en nu aan te duiden. In de boeken en miniblogs van Seth Godin zit veel minder formeel dezelfde analyse van onze tijd.


What to do when it's your turn
Zo heet dit boek. Met als ondertitel: (and it's always your turn). En het grappige is dat Jan Rotmans op een bepaalde manier toch iets deed met de titel en centrale these van dit boek. In Oss en overal waar hij langskomt. Wat te doen als je aan de beurt bent? Én het is NU - of je het nu leuk vindt of niet - in deze verandering van tijdperk jouw tijd. Om op te staan. Iets te gaan doen. Go, make something happen!

Alleen moet niet iedereen hetzelfde gaan doen. Er zijn verschillen. Jan Rotmans maakte duidelijk dat veel beleidsbepalende figuren van toen én nu ruimte moeten maken. Zichzelf dwingen minder te sturen op controle. Mensen in hun omgeving (bedrijf, organisatie, instelling, gemeente) minder achter de vodden te zitten met regeltjes, verantwoordingsgedoe, protocollen. Dit soort mensen zouden zich (weer) moeten gaan realiseren dat 'het' niet om hun draait, maar om de mensen waarvoor ze formeel verantwoordelijk zijn of waar ze leiding aan geven. Hun rol is te faciliteren, obstakels uit de weg te ruimen, her en der wat smeerolie in dat nieuwe 'ding' te stoppen. Denk aan geld beschikbaar stellen, menskracht aanbieden of vrijspelen, regeltjes wegnemen. Af en toe een oogje dichtknijpen en niet meteen in een stuip schieten als het fout gaat of mislukt. Niet meehijgen met hijgerige persmensen die alleen maar bezig zijn om verslag te doen van zaken die gewoon af en toe fout (moeten) gaan. Sterke bestuurders. Die zich dienstbaar aan de zijlijn opstellen. Begrijpen dat zijzelf zelden inzicht in een bepaald onderwerp hebben. Vertrouwen op vaklui die hun kunstje moeten verrichten.


Stokpaarden vrijlaten
Jan Rotmans was deze avond in Oss goed op dreef. Het uurtje voor de pauze liep uit tot bijna twee uur. Maar er werd niet hoorbaar gemopperd. Integendeel, er werd goed geluisterd naar een verhaal dat - en dat begreep iedereen - nog veel langer had kunnen zijn. Als Jan dieper op dit of dat aspect zou zijn ingegaan. Jan Rotmans is een typisch voorbeeld van een man die boven de (of zijn) materie staat en op elk onderdeel of aspect dieper in kan gaan. In de pauze verlieten naar schatting een man of honderd het pand. Begrijpelijk op een maandag, aan het begin van een drukke werkweek. De rest nam rond half elf weer plaats in de zaal. Dat kwartiertje liep - natuurlijk - ook weer ruim een half uur uit. Opmerkelijk om te constateren dat hij als Rotterdammer van klare taal houdt. Er geen doekjes omwindt en duidelijk door laat schemeren dat sommige vragenstellers onvoldoende geïnformeerd zijn. Vragenstellers die zich ook onvoldoende realiseren dat Jan Rotmans niet allen een professor is, maar ook een progressor, friskijker en dwarsdenker. Zelf bedachte woorden (uit zijn Twitter-account). Waarmee hij wil aangeven dat hij zich niet waardevrij door het leven beweegt. Nee, nadrukkelijk standpunt inneemt. Wil dat er iets gaat veranderen. En als geen ander weet hij ook dat er binnen onze samenleving heel veel mensen rondlopen die bewust zand in de machine strooien. De titel van het boek van Ewald Engelen komt bovendrijven: Schaduwelite. Er zijn lobbyisten en andere meningsvormers die betaald door grote bedrijven mist rondom bepaalde zaken veroorzaken. Om te voorkomen dat de kanteling waarin we zitten zal doorzetten.

Gesticht naar huis?
En zo eindigde een mooie avond. Waarop veel Ossenaren en anderen vanuit de verre omtrek met een tevreden gevoel naar huis gingen. En sommigen zullen ongetwijfeld gedacht hebben aan de hoeveelheid werk die op hen ligt te wachten. Maar wel in het besef dat ze er niet alleen voor staan. Er is een steeds groter wordende groep die weet dat we door moeten gaan met oefenen in die andere tijd. Blij dat ze deel uit mogen maken van de generatie die deze taak tot een goed eind mag zien te brengen.

Een lang citaat tot slot, met een HOOK
Natuurlijk uit het genoemde boek van Seth Godin. Deze schrijver houdt van kort en krachtig (!). Zijn What to do when it's your turn (and it's always your turn) is een tijdschriftachtig boek. Prachtig vormgegeven. Feitelijk vertelt hij slechts één verhaal: Sta op, doe iets. Maar hij weet prachtig te variëren op dit thema. Dat - by the way - een soort natuurlijk vervolg is op een twee jaar eerder verschenen boek: The Icarus deception : how high will you fly?. Met een lege vogelkooi op het omslag.

Op pagina 142 staat het hoofdstuk Program or be programmed. Wat gaat over (veel) televisie kijken. Of ander tijdverdrijf als je Facebook-account bijwerken of games spelen. En of dat wel zo slim is. Kun je niet beter iets anders doen in die tijd?

Program or be programmed
Television demands passivity. It entrains us with the masses, all mesmerized by a glowing electronic heart, all in sync, all in the service of what the media company wants to sell us.

Teams of people are working hard to get you hooked and keep you hooked, so they profit. Twenty or more hours not spent reading, not teaching, not connecting, not experimenting, not failing, not growing, and generally not making a ruckus. For many people, it's more than fify hours a week of not making a difference.

It's a trap that allows us to exchange our time for a place to hide out from the challenge of learning to program.

Program a computer. Program a conference. Program a blog or a book or a movie you contribute to. Make it, don't watch,

EITHER YOU'RE THE CREATOR OR YOU'RE THE AUDIENCE.
EITHER YOU'RE WAITING YOUR TURN OR YOU'RE TAKING IT.








 


Slotopmerking 1
De dame op het omslag van het nieuwe boek van Seth Godin is ene Annie Kenney, die als metaalarbeidster in het begin van de vorige eeuw in Engeland op zeker moment opstond. Het als vrouw niet langer pikte dat zij als vrouw geen democratische rechten had.

Slotopmerking 2
Jan Rotmans merkte terloops op dat op 22 februari 2015 een nieuwe uitzending van Tegenlicht met hem als hoofdgast wordt uitgezonden. Bijna twee jaar na zijn eerste 'college'. Hij merkte na afloop op dat de programmamaker hem in die aankomende uitzending wellicht té veel neer wil zetten als een 'duurzaamheidsman' (zeg maar isoleren, zonnepanelen e.d.). Terwijl hij veel meer is en weet dat het oplossen van ons energieprobleem een van de smaller problems voor de mensheid zal blijken te zijn.

Slotopmerking 3
Terwijl het publiek de zaal binnenstroomde werden op de achterwand boeken en quotes getoond. Klik hier voor deze presentatie (slideshare) en klik hier voor de literatuurlijst voor de Lezers van Stavast. Tegen de driehonderd boeken die inzicht bieden in onze complexe, kantelende wereld en hoe 'de mens' in elkaar zit. Krampachtig proberend in control te zijn.

Een voorbeschouwing: Vrachtwagen gekanteld op de A50 (november 2014)
Een ander artikel over Seth Godin: Een prentenboek voor oefenaars (mei 2014)





(dinsdag-woensdag 20-21 januari 2015)
Hans van Duijnhoven

dinsdag 6 januari 2015

Dit kan niet waar zijn

Op maandag 23 februari 2015 spreekt journalist Joris Luyendijk in De Linck in Oss over zijn boek Dit kan niet waar zijn. Het is een boek dat enige tijd op zich liet wachten. Het werd aangekondigd nadat hij zijn onderdompeling in The City – het financiële hart van Londen – in het voorjaar van 2013 had beëindigd. Als antropoloog heeft hij daar in opdracht van The Guardian (en NRC Handelsblad/Next) een stam bestudeerd. Bankiers, accountants, belastingadviseurs, hedgefund employees, verzekerings executives en mensen die uiteenlopende financiële ‘dingen’ regelen voor multinationals. Een bijzondere stam. Die sinds de financiële crisis van 2007-2008 onder vuur ligt. Zij hebben met hun financiële wonderproducten en ‘gegraai’ (naar geld) een immense crisis veroorzaakt. Waar zijzelf (die stam) inmiddels weinig last (meer) van hebben, maar de rest van de maatschappij wel.  Overal zijn regeringen bezig de aangerichte schade te herstellen door flink te bezuinigen op de welvaartstaat.

“Dit kan niet waar zijn”
De titel van zijn boek is waarschijnlijk een uitspraak die Joris Luyendijk tijdens zijn onderzoek in The City regelmatig heeft geslaakt.  En met hem, zijn lezers. Als hij tijdens een gesprek met deze of gene er achter kwam dat de werkelijkheid nog bijzonderder was als hij al had gedacht. In de ruim twee jaar dat Joris Luyendijk als onderzoeker rondtrok in Londen sprak hij met tientallen mensen. En deed daar in zijn wekelijkse column verslag van. Waardoor je als lezer een breder beeld kreeg van zaken die zich daar afspelen. Vaak ontluisterende verhalen. De meeste betrokkenen werden anoniem aan het woord gelaten. Beschaamd voor hun eigen gedrag en/of de repercussies van hogerhand als bekend zou worden dat zij uit de school hadden geklapt. Opvallend was dat Luyendijk met veel mensen uit ‘de industry’sprak die zich schaamden. Voor hun werk, branche, bedrijf. Het waren niet alleen mensen die  hadden moeten afhaken, of aan de kant werden gezet. Regelmatig voerde Joris mensen op die nog volop meededen met zaken die strikt genomen niet verboden zijn. Maar waar wel 'enige' morele vragen bij gesteld kunnen of mogen worden.

Zeeppompje
Iedereen die de columns van Joris Luyendijk heeft gevolgd zal een favoriet stuk hebben. Mij is vooral het verhaal bijgebleven van een man (Erinch Sahan) die voor een multinational werkte. Verantwoordelijk voor ‘de’ zeeppompjes. En dat er zo veel mogelijk winst werd gemaakt. Dat valt niet mee, want hoe kun je mensen nóg meer zeep laten gebruiken. Ze wassen zich gemiddeld genomen al genoeg. Sahan nam zijn toevlucht tot een trucje. Bedacht samen met zijn mensen een zeeppompje dat stiekem meer zeep afgeeft. Het zal niemand thuis de kop kosten, maar op het grote geheel is het wel bingo. Meer zeep, meer inkomsten. Deze meneer Sahan schaamde zich voor zijn gedrag en de wereld waarin hij terecht was gekomen. Niet tevreden zijn door een product te leveren waar behoefte aan is;  nee, mensen belazeren om meer winst voor de company te realiseren. Hij schaamde zich voor zijn werk, forse beloning en bedrijf. Stapte er uit en werkt inmiddels voor een NGO, waar hij voor Oxfam bezig is met échte veranderingen.


Een writers block?
Joris Luyendijk stopte zijn onderzoek in het voorjaar van 2013. Het heeft ruim anderhalf jaar geduurd voordat hij ‘het’ van zich af kon schrijven. Hij wilde geen boek uitbrengen met ‘slechts’ een bundeling van de beste columns. Zijn  idee was (natuurlijk) om in een boek te verwoorden wat die twee jaar hem heeft opgeleverd. Welke inzichten. Wat zit er (fundamenteel) fout? Is er sindsdien iets veranderd? Wat zou er nog meer moeten gebeuren? In het vroege najaar van 2014 liet hij via een tweet weten dat hij vast zat. Gooide op zeker moment het manuscript waar hij aan werkte opzij. En begon opnieuw. Te schrijven, te bouwen.  Of hij mijn suggestie - om de zeeppompjesman als uitgangspunt te nemen -  ter harte heeft genomen, zal blijken als het boek binnenkort uit komt. En hij in Oss langskomt.

Ewald Engelen, Marcel Metze en anderen

Deze sociaal geograaf heeft zich de afgelopen jaren vaak fel uitgesproken over de financiële sector.  In artikelen (in o.a. De Groene Amsterdammer) en in praatprogramma’s op tv. Hij is boos. Over de schade die deze sector heeft aangericht. Op het gebrek aan verantwoordelijkheid om eigen gedrag aan te passen. Boos op politici die de sector niet voldoende hebben aangepakt. Boos op burgers die ‘het’ laten gebeuren. In zijn onlangs verschenen De schaduwelite : de opkomst en ondergang van Amsterdam als financieel centrum heeft hij zijn artikelen van de laatste jaren als het ware herschreven. Joris Luyendijk bezigt een andere stijl. Laat minder doorschemeren dat hij boos is, maar probeert oprecht er achter te komen hoe deze sector bezig is. Wat ze doen. Hoe ze het doen. En waarom. Joris Luyendijk heeft evenals Marcel Metze, een journalist-onderzoeker, iets van compassie voor de mensen die werkzaam zijn in deze business. Begrijpt dat zij ook gezien kunnen worden als slachtoffer van de omstandigheden. Marcel Metze noemt het de tragiek van de manager. Die weliswaar een belachelijk hoog salaris vangt, maar aan de andere kant moet accepteren dat hij (of zij)  als een soort rat in de val zit.
Een ander boek dat over deze sector verschijnt pakt de mores in de financiële wereld mooi samen: Waardenloos. Geschreven door George Möller. In een ouder boek - De prooi : blinde trots breekt ABN-Amro van Jeroen Smit - kun je nog steeds nalezen waar deze mores vandaan komen.


Echte waarde(n)
In onze samenleving zijn veel ‘zaken’ aan het kantelen. Wordt anders aangekeken en omgegaan met zaken die jarenlang zo vast als een huis leken. Veranderingen in de zorg, het onderwijs, de energiesector, (betaald) werk, vervoer. Overal veranderingen. Vaak van onderaf. Zonder centrale sturing. Bottom up. Niet top down. Een belangrijke motor achter deze veranderingen is de vraag die deze kantelaars zichzelf stellen: wat is waardevol. Wat doet er toe. Waarom voelt het oude, vertrouwde model niet langer ‘goed’ aan. Moet er een alternatief komen. Waarom zouden we nog wachten op boven ons gestelden? We kunnen toch zelf met iets anders beginnen.
En dat is alom te aanschouwen. Overal zijn – om met het jaarthema van de Noord Oost Brabantse Bibliotheken te spreken – mensen aan het ‘oefenen in een andere tijd’.

Dit kan niet waar zijn – oefenen in een andere tijd
Op maandag 23 februari spreekt Joris Luyendijk in Oss. Over zijn boek. Benieuwd of hij daarin een voorstel doet om ‘het’ anders te gaan doen. Benieuwd of hij zich in het rijtje mensen schaart die vindt dat onze samenleving moet gaan kantelen. Dat we ‘dingen’ anders moeten gaan doen. Waarom? Omdat het oude model in deze of gene sector of branche niet meer werkt. We zijn figuurlijk gesproken tegen een muur aangestoten en er zit niets anders op dan een andere kant op te gaan bewegen. Benieuwd of hij duidelijk maakt waarom die zeeppompjes man – die ‘er’ uit stapte – het nog niet zo verkeerd heeft gedaan. En of hij ons  toehoorders toewenst, motiveert en uitrust om in onze omgeving een stap richting die andere wereld te zetten.

Meer lezen?
The bankers who traded the City for Oxfam (18 maart 2013) (The Guardian)
Managers, 80 procent kan worden bedankt (december 2012)
Normaal? - Pompjes laten ontwerpen die te veel zeep afgeven zodat mensen er meer van gebruiken. (april 2013)

Enkele andere boeken
Robert & Edward Skidelsky. Hoeveel is genoeg? : geld en het verlangen naar een goed leven (2013)
Tomás Sedlácek. De economie van goed en kwaad : de zoektocht naar economische zingeving van Gilgamesj tot Wall Street (2012)
Thomas Piketty. Kapitaal in de eenentwintigste eeuw (2014)
Michael J. Sandel. Niet alles is te koop : de morele grenzen van markt werking (2012)
Paul De Grauwe. De limieten van de markt : de slinger tussen overheid en kapitalisme (2014)

Een oud filmpje - MBA Oath 2011
Met daarin de 'uitsmijter': create real value. De vraag is natuurlijk wat 'echte' waarde heeft. Een ding lijkt duidelijk: het gedoe dat Joris Luyendijk bespreekt heeft daar weinig mee te maken.



(dinsdag 6 januari 2015)
Hans van Duijnhoven